Een ruggenprik in geneesmiddelenonderzoek
Een ruggenprik kan onderzoekers veel belangrijke informatie geven over een nieuw geneesmiddel. Als we een ruggenprik in een vroege fase van geneesmiddelenonderzoek doen, kunnen de resultaten hiervan bijdragen om het nieuwe middel zo snel mogelijk te ontwikkelen en op de markt te brengen.
Het hersenvocht dat wordt afgenomen bij een ruggenprik geeft veel belangrijke informatie over een nieuw geneesmiddel
Hoe wordt de ruggenprik ervaren?
Bij een onderzoek naar een nieuw geneesmiddel voor de ziekte van Parkinson hebben Saskia en Anton* onlangs meerdere ruggenprikken ondergaan. Veel potentiële deelnemers aan onderzoek twijfelen over deelname aan onderzoek met een ruggenprik, omdat zij het eng vinden klinken. Achteraf horen we vaak dat het toch mee is gevallen. We hebben aan Saskia en Anton gevraagd hoe zij de procedure hebben ervaren om een beeld te krijgen van hoe een ruggenprik nou echt voelt.
*Namen zijn gefingeerd om anonimiteit van onze vrijwilligers te waarborgen.
Was dit de eerste keer dat u een ruggenprik kreeg?
Saskia: “Ik heb eerder een ruggenprik gehad ter verdoving. Daar heb ik geen goede ervaring mee omdat de verdoving te hoog werd gezet. Maar dit weerhield mij er niet van om nu een ruggenprik te laten doen tijdens het onderzoek. De ruggenprik bij het onderzoek is heel wat anders, er wordt namelijk niets ingespoten, alleen wat afgenomen. De arts en verpleegkundige hebben vooraf goed uitgelegd wat er ging gebeuren. Zij stelden mij gerust. Door scoliose is mijn wervelkolom niet helemaal recht, dus ze moesten eerst even zoeken waar ze goed konden prikken. Dat vond ik wel een beetje spannend. Maar ik dacht ook: de artsen doen hier zoveel ruggenprikken, dat moet wel goed gaan.”
Anton: “Voor mij was het de eerste keer. Ik vond het niet echt spannend om dit te ondergaan, de dag van tevoren werd er namelijk al uitgebreid toegelicht wat er zou gebeuren. Bijvoorbeeld waar de prik gezet zou worden, hoelang het zou duren en dat er tijdens de handeling zelf ook steeds uitleg gegeven zou worden. Tijdens de ruggenprik namen de verpleegkundige en de arts inderdaad ook uitgebreid de tijd om uitleg te geven. Ook over de voortgang tijdens de handeling.”
Heeft u last gehad van bijwerkingen?
Saskia: “Nee, de hele procedure duurde ongeveer 20 minuten bij mij en ik had nergens last van achteraf. Ik hoefde ook niets speciaals te doen na de handeling.”
Anton: “Ik had een klein beetje hoofdpijn, maar dit was niet noemenswaardig eigenlijk. Ik heb hier verder niets mee gedaan, en ben gewoon doorgegaan met het onderzoek. Na een uurtje was het geloof ik weer voorbij.”
Hoe heeft u de gehele procedure en de ondersteuning van ons personeel ervaren?
Saskia: “Het contact met de arts en verpleegkundige maakte dat alles fijn verliep. Er was één arts en één verpleegkundige bij. De arts deed de ruggenprik. Hij legde goed uit wat er ging gebeuren en wat ik eventueel voor gevoel zou kunnen verwachten. Je ziet natuurlijk niet wat de arts achter je doet, dus ik vond het fijn dat hij mij op de hoogte hield. De verpleegkundige stond voor mij. Ik kon tussendoor met haar kletsen. Dit was erg fijn, en gaf ook afleiding.”
Anton: “Het personeel had een rustige uitstraling en fijne begeleiding. Dit was erg prettig. Ook het geven van uitleg tijdens de prik helpt enorm en hielp mij ontspannen. Misschien zou je het niet voor je plezier doen, maar ik kan niet iets benoemen wat minder fijn was aan de hele procedure. Misschien alleen dat je hooguit een halfuur gebogen zit en ook stil moet zitten.”
Voorafgaand aan de ruggenprik wordt de huid plaatselijk verdoofd. Hoe vond u dit?
Saskia: “De verdoving was maar een klein prikje, dat voelde ik niet heel erg. Daarna heb ik ook niks gevoeld van de ruggenprik.”
Anton: “Het was vooraf verteld dat het zetten van de verdoving even gevoelig kon zijn, dat was bij mij ook het geval. Maar dat was echt een kort moment. Daarna heb ik niets gevoeld.”
Zou u opnieuw meedoen aan onderzoek waarbij er een ruggenprik wordt uitgevoerd?
Saskia: “Ja, het hoort er nou eenmaal bij. Zolang de scoliose in mijn rug het toelaat natuurlijk. Momenteel zit ik in een extra verlenging van het onderzoek, waarbij een extra ruggenprik een optie was. Die extra ruggenprik heb ik ook al toegezegd. Het is naar mijn idee het belangrijkste wat er gemeten kan worden: of het onderzoeksmiddel in het zenuwstelstel komt. Bloed kan natuurlijk altijd wel gemeten worden, maar het hersenvocht is belangrijk om te kijken wat het onderzoeksmiddel doet.”
Anton: “Ja dat zou ik wel doen. Het hele proces viel uiteindelijk erg mee.”
Wat zou u willen meegeven aan anderen die twijfelen over deelname aan onderzoek door een ruggenprik, of die de ruggenprik spannend vinden?
Saskia: “Als ik vertel dat ik meedoe aan geneesmiddelenonderzoek krijg ik altijd positieve reacties. Als ik daaraan toevoeg dat er ook ruggenprikken worden gedaan, zijn mensen verbaasd en vragen “Durf je dat wel?”. Mensen hebben niet zo’n beeld van een ruggenprik bij geneesmiddelenonderzoek, maar het hoort er gewoon bij. Het personeel is heel kundig, je hoeft je dus echt geen zorgen te maken. Je wordt gerustgesteld en afgeleid en dit werkt allemaal mee om alles goed te laten verlopen. Probeer vooral te ontspannen en je over te geven aan wat er allemaal gebeurt.”
Anton: “Het uitvoeren van een ruggenprik klinkt heel spannend. Door de ervaring van het personeel is het echt niet nodig om er tegenop te zien, laat staan om deelname daarvan af te laten hangen. Er wordt zeer deskundig te werk gegaan waarbij rekening wordt gehouden met gevoelens die er dan zijn. Het is mij ook 100% meegevallen.”